Samenvatting Jummah Khutbah 6-9-2024

Het bewijs van god op aarde:

Alle lof zij Allah (subhanahu wa ta’ala) de almachtige, de transcendente alwetende; alle lof zij Allah die de duisternis der  nachten niet verbergt; alle lof zij Allah die de ‘eerste’ bergen van bestraffing heeft gezonden; dus glorie zij hem; [van] een grote god die zonden vergeeft en zich niet druk maakt daarover.

Ik getuig dat er geen god is behalve Allah, Hij is enig, zonder deelgenoten, zonder gelijke, en zonder gelijkenis, zonder een zoon, en er is geen voorbeeld van hem. Hiermee leven wij en hiermee sterven wij. En hiermee ontmoeten wij Allah (subhanahu wa ta’ala) en hiermee bereiken wij onze doelen.

Ik getuig dat onze meester, onze grote leider, onze rolmodel en onze oogappel: Mohammed ibn Abdullah (salallahu alayhi wa salam) zijn trouwe dienaar is alsook zijn ware boodschapper, en ook zijn gekozene van zijn schepping, alsook zijn vriend; wie gehoorzaam is aan de boodschapper van Allah, is reeds gehoorzaam aan Allah; en wie ongehoorzaam is aan allebei, doet niemand kwaad dan zichzelve en kan Allah niet eens in het geringste kwaad doen!

Moge Allah’s zegeningen en vrede met hem (salallahu alayhi wa salam) zijn, met zijn vrome en pure nakomelingen, zijn schitterende metgezellen en allen die hen volgen, in al het goede tot de laatste dag!

Ammaa ba’d:

O dienaren van Allah! Vrees Allah de allerhoogste! Ik adviseer jullie en mezelf om godvrezend te zijn jegens Allah de almachtige. En haast u tot de vergeving van uw heer en een paradijs dat zo groot is als de hemelen en de aarde, voorbereid voor de vromen. En vreest het vuur dat voorbereid is voor de ongelovigen. En gehoorzaam Allah en zijn boodschapper zodat jullie kunnen slagen, want voorwaar! Allah heeft bepaalde zaken geboden, doe ze dan, en hij heeft bepaalde zaken verboden, laat ze dan.

En Allah, de allerhoogste, heeft gesproken in zijn heilige woord, de glorieuze Quran.

Ik zoek mijn toevlucht bij Allah tegen de vervloekte satan; in naam van Allah de meest barmhartige, de meest genadevolle:

Allah (subhanahu wa ta’ala) zegt in surah al-Ahzab, vers 56:

[56] Voorwaar! Allah en zijn engelen sturen zegeningen  naar de profeet. O gelovigen! Stuur zegeningen naar hem en saluteer hem op gepaste wijze.

Geachte broeders en zusters!

We zijn in de maand Rabiul-Awwal. Dus de zikr gaat door, over onze geliefde profeet Mohammad (salallahu alayhi wa salam), de roem der werelden, zoveel gezongen in zovele tongen.

Allah (subhanahu wa ta’ala) verklaart in surah ali-Imran, vers 81:   

[81] En (denk er aan) toen Allah het verbond van de profeten maakte en zei: “wat ik jullie ook geef van een boek en wijsheid en dan komt er een boodschapper naar jullie toe die bevestigt wat er met jullie is; jullie zullen in hem geloven en zullen hem steunen.” Hij [Allah] zei: “hebben jullie dat bevestigd en en daarop de eed aan mij erkend en op jullie genomen?” ze zeiden: “we hebben het bevestigd.” Hij [Allah] zei: ‘getuig dan, en ik ben met jullie onder de getuigen.’

Mohammad (salallahu alayhi wa salam) is het bewijs van god op aarde. In Arabisch zijn er meerdere woorden voor bewijs, zoals “daliel” – “suboet” – “burhan”.

  • Daliel is het woord voor bewijs; het betekent “iets dat aanwijst of verwijst naar de waarheid.
  • Suboet is een bevestiging van de waarheid.
  • Burhan betekent overweldigend bewijs van de waarheid!

En Allah (subhanahu wa ta’ala) heeft gekozen voor de term Burhan!

Onze meester ibn ‘Abbas (radi allahu anhu) zegt dat de heilige profeet (salallahu alayhi wa salam) werd bedoeld als Burhan, vanwege zijn gezegende persoonlijkheid, zijn edele morale karakter, zijn wonderen en het zijnde de werkelijke ontvanger van de openbaring  van het woord van allah. Al deze zijn duidelijke bewijzen van zijn profeetschap waarboven er geen behoefte meer overblijft aan een ander bewijsstuk. Dus is zijn persoon, op zich, het bewijs.

Allah (subhanahu wa ta’ala) zegt in surah an-Nisaa, vers 174:

[174] O mensen! Er is tot jullie gekomen een duidelijk bewijs van jullie heer, en wij hebben tot jullie nedergezonden een helder licht.

Hierin maakt Allah het duidelijk dat de heilige profeet (salallahu alayhi wa salam) het krachtig bewijs is van Allah op aarde en dat de Qur’an een duidelijk licht is, door Allah neergezonden. [tafsir Ruhul-Ma’aani]

In surah al-Maidah vers 15, lezen we het volgende:

[15] Er is tot jullie gekomen, van Allah. Een licht en een duidelijk boek.

Hierin maakt Allah (subhanahu wa ta’ala) het duidelijk dat de heilige profeet een licht is en de Qur’an een duidelijk boek. Het is dus ook duidelijk dat het “licht” vermeld in surah an-Nisaa duidt op de heilige Qur’an en het licht vermeld hier in surah al-Maidah duidt op de heilige profeet (salallahu alayhi wa salam).

De titel “nabiyun ummiy” is een groot en duidelijk bewijs dat hij (saws) alleen door Allah geïnspireerd kan zijn om zo een boek als de Qur’an te presenteren, wat kennis bevat dat uitvouwt door de eeuwen heen tot aan het einde der tijden, waar er meer kennis aan het licht komt. Dus de Qur’an is zijn bewijs van Allah.

Allah (subhanahu wa ta’ala) zegt in surah al-Ankaboet, vers 48:

[48] En u (o profeet) reciteerde/las hiervoor geen boek, noch schreef u er een met uw rechterhand; in dat geval zouden de “mubtiloen” een rede hebben tot twijfel.

De “mubtiloen” zijn degenen die proberen fouten te vinden om jouw bewering van “waarheid” teniet te doen. Hij maakt het “baatil” (vals, tegenstelling van de waarheid!). Dus zijn ongeletterdheid (salallahu alayhi wa salam) is juist zijn bewijs van zijn waarachtigheid. Want de Qur’an geeft niet alleen kennis van wat er in de vroegere geschriften staat, maar corrigeert ze ook nog.

De Qur’an is “muhaymin alaihi” beoordelaar daarover. En bovendien vermeldt de Qur’an kennis van zaken die in de tijd van de openbaring helemaal niet bekend waren destijds.

~ Zoals het feit dat alles in de schepping gepaard is, in de biologische, plantaardige en minerale schepping;

Allah (subhanahu wa ta’ala) zegt in surah Yaseen, vers 36:

[36] Verheven is hij die alle paren schiep, van wat uit de aarde groeit en van wat uit hun (de mensen) komt en vanuit dat wat zij niet weten.

~ Zoals het feit dat de aarde een ronde ovaal of eivormige vorm heeft en omwentelingen maakt om haar eigen as en om de zon heen zwemt in een baan;

~ Zoals het feit dat de zon niet statisch is, maar voort gaat op haar eigen baan naar een vaste bestemming….

Want Allah (subhanahu wa ta’ala) zegt in surah Yaseen, vers 38:

[38] En de zon gaat voort [op koers] naar haar stopplaats/bestemming. Dat is de kordaatheid van de almachtige, de alwetende.

~ Zoals het feit dat de planeten een dampkring hebben en draaien om hun assen en om de zon heen zwemmen in een baan;

Want Allah (subhanahu wa ta’ala) zegt in surah Yaseen, vers 40:

[40] Het is de zon niet toegestaan de maan te bereiken, noch haalt de nacht de dag in, maar elk zwemt in een baan.

En de lijst gaat nog lang door!

Discipelen zoals Abu Hurairah, Anas bin Malik, Mu’az bin Djabal e.a. (radi allahu anhum) hebben doorgegeven dat de heilige profeet (salallahu alayhi wa salam) dagelijks aan hen les gaf. Ze hebben doorgegeven dat de profeet soms vanaf Fadjr tot Zohr en dan tot Asr of Maghrieb toespraken gaf waarin hij oceanen van kennis aan hen openbaarde. In het ene geval kennis van de natuurlijke wereld. En in het andere geval kennis van de latere dagen tot in de kleinste details. En ze zeggen: “wie herinnerde, herinnerde en wie vergat, vergat.”

Liefde en respect voor de heilige profeet is ons opgedragen en wij kunnen niet en mogen niet tolereren dat men hem zou beledigen. [gedenk surah al-Hudjuraat]. Daarom verwerpen wij ten strengste de beledigende uitlatingen van verschillende niet-moslims jegens de heilige profeet (salallahu alayhi wa salam).

Ten laatste, een aanhaling uit surah an-Noer, vers 63:

[36] Behandelt de uitnodiging [oproep] van de boodschapper onder jullie niet gelijk de uitnodiging [oproep] van jullie onder elkaar. Allah kent degenen onder jullie die wegsluipen en zich verbergen. Laat daarom degenen die tegen zijn gebod ingaan, oppassen, opdat hen geen rampspoed overkomen of een pijnlijke straf hen achterhaalt.

Moge Allah (subhanahu wa ta’ala) ons helpen hem te gedenken en hem te danken, en hem te aanbidden; en moge hij ons verzamelen in deze wereld om hem te gehoorzamen, en in de volgende wereld in het huis van zijn waardigheid, en moge hij ons leiden naar zijn rechte pad en behouden; en moge Hij onze gebeden accepteren!

Moge Allah onze broeders en zusters in Gaza, in Rafah en overal ter wereld die in marteling en ellende verkeren, compenseren met algehele vergiffenis en shahadah. Alsook iedere gelovige die geduldig heeft volgehouden in deze wereld omwille van Allah (subhanahu wa ta’ala).

Amien yaa rabbal alemien!