Het euvel van het Zionisme & Daddjaal:
Alle lof zij Allah (subhanahu wa ta’ala), de heer der werelden; wij prijzen hem en smeken zijn hulp en vergiffenis; wij geloven in hem en stellen geheel onze vertrouwen op hem; wij smeken Allah’s bescherming tegen het kwaad in ons zelf en de kwade gevolgen van onze daden. Wie Allah recht leidt kan door niemand misleid worden en wie hij laat om te dwalen kan door niemand geleid worden.
Ik getuig dat er geen ander god is behalve Allah (subhanahu wa ta’ala); Hij is enig zonder genoten; er is geen gelijk aan Hem; geen gelijkenis van Hem; geen zoon heeft Hij en er is niets dat op Hem lijkt. En ik getuig dat onze leider, onze profeet, Muhammad Mustafa (salallahu alayhi wa salam) de knecht is van Allah en zijn ware boodschapper. Hij was gezonden naar de gehele mensheid (in het bijzonder) en naar de gehele schepping (in het algemeen), als aankondiger van een blijde boodschap en als waarschuwer alvoor de dag des oordeels.
Wie gehoorzaam is aan de boodschapper van Allah, is reeds gehoorzaam aan Allah, en wie opstandig en ongehoorzaam is aan Allah en zijn boodschapper doet niemand kwaad dan zichzelve, en kan Allah niet eens in het geringste kwaad doen.
Moge de vrede, zegeningen en salutaties van Allah met hem zijn. En met zijn vrome en pure nakomelingen en zijn schitterende metgezellen. En allen die in hun voetsporen volgen in al het goede tot op de laatste dag; en veel meer salutaties hierna. (ammaa ba’d):
O dienaren van Allah (subhanahu wa ta’ala)! Vreest Allah en wees voorzichtig met uw plicht jegens Allah; jegens zijn geboden en verboden; en ik adviseer jullie en mezelf om godvrezend te zijn jegens Allah – de heer van macht en majesteit; want voorwaar! Allah heeft bepaalde zaken bevolen, doe ze dan; en hij heeft bepaalde zaken verboden, laat ze dan.
En Allah (subhanahu wa ta’ala) heeft gesproken in zijn eeuwig woord, de glorieuze Qur’an, in surah al-Nahl (16) vers 89:
(89)….en wij hebben aan jou het boek neergezonden, als een uitleg van alle zaken en als leiding en barmhartigheid en een goede tijding voor de moslims.
Geachte broeders en zusters!
In de voorafgaande “ayah” in surah al-Nahl zegt Allah (subhanahu wa ta’ala), dat de heilige Qur’an voor alle zaken een uitleg heeft. Het is het woord van Allah en Allah wil hebben dat we zijn woord gebruiken in alle vormen van jihaad. Tegen alle vormen van problemen en in alle situaties van ons leven. En Hij zegt in surah Furqan (25) vers 52:
(52) Gehoorzaamt de ongelovigen dus niet en strijdt tegen hen daarmee [Qur’an] een machtige strijd.
Surah al-Kahf is de bescherming en bolwerk tegen de deceptie van de valse messias, al-masieh al-Daddjaal. Dit onderwerp is niet alleen actueel maar het is ook, vooral spiritueel!. Surah al-Kahf is de surah van Akhiruz-Zaman.
De studie van surah al-Kahf geeft je een intellectueel schild, maar de recitatie ervan geeft je ook een spiritueel schild. En er zijn vier gelijkenissen in deze surah vermeld, waaruit we lessen kunnen leren in verband met de laatste tijden.
GELIJKENIS #1 – Jongelui die vluchten van kufr….
(13) wij berichten jou hun geschiedenis in waarheid: voorwaar, zij waren jongelui die in hun heer geloofden en wij versterkten hen met de leiding/hidayat.
(14) en wij versterkten hun harten toen zij opstonden en zeiden: “onze heer is de heer van de hemelen en de aarde. Nooit zullen wij een andere god naast hem aanroepen: anders zouden wij een enorme leugen uitgesproken hebben!
(15) dit volk van ons heeft afgoden naast hem genomen, waarom brengen zij daarvoor geen duidelijk bewijs? En wie is er onrechtvaardiger dan degene die over Allah leugens verzint?
(16) “en wanneer jullie je van hen afwenden en van de dingen die zij naast Allah aanbidden, neemt dan jullie toe vlucht naar de grot: jullie heer zal zijn barmhartigheid over jullie uitstorten en jullie zaak tot troost en gemak brengen.”
GELIJKENIS #2 – Rijken en armen ; hoogmoed en ootmoed.
(32). En leg hun voor -de gelijkenis van twee mannen: voor een van hen hebben wij twee tuinen met wijnstokken aangelegd en die met dadelpalmen omgeven. Tussen de twee hebben we korenvelden geplaatst.
(33). Elk van deze tuinen bracht zijn opbrengst voort, en faalde daarin niet in het minst: in het midden ervan lieten wij een rivier stromen.
(34). Hij zei tot zijn metgezel in de loop van een gesprek: “ik ben rijker dan jou, en heb meer eer en macht onder de mensen dan jou.”
(35) en hij ging zijn tuin binnen en hij deed zichzelf onrecht aan, en hij zei: “ik denk niet dat dit ooit zal vergaan.
(36) en ik denk niet dat het uur (van het einde) zal plaats vinden, en zelfs al zal ik tot mijn heer teruggebracht worden: ik ben er zeker van een betere plaats in ruil terug te vinden.”
(37) zijn vriend (buurman?) Zei tegen hem, toen hij met hem in gesprek was: “geloof jij niet in hem die jou van de stof der aarde heeft geschapen, vervolgens uit een druppel sperma, en jou ten slotte tot mens vormde? *
GELIJKENIS #3 – kennis: het wezenlijk en het verborgene…
(66). Mozes zei tegen hem: “mag ik u volgen, zodat u mij iets zal leren van wat u in waarheid hebt geleerd?”
(67). Hij zei: “voorwaar! Je zal geen geduld met mij kunnen hebben.”
(68). “en hoe kan je geduld hebben over dingen waarover je geen kennis hebt?”
(69). Mozes zei: “u zult mij geduldig vinden, met de wil van allah en ik zal uw bevel niet ongehoorzaam zijn.
(70). Hij zei: “als je mij wilt volgen, vraag me dan over niks, totdat ik je zelf er over vertel.”
Hierin hebben we het spectrum van “Zahir en Batin”. Het zichtbare of het wezenlijke en het onzichtbare van het bestaan. De toepassing van deze gelijkenis in deze tijd, zogenaamd: de eeuw van wetenschap, is dat de mensheid…
– (1) hoogmoedig is vanwege haar kennis, en
– (2) haar kennis is eenzijdig (kennis van het zichtbare wereld) en beperkt.
Dit is de epitome van het begrip van de één-oogige “Dadjjaal” – de valse messias, die de realiteit van de onzichtbare (spirituele) wereld niet kan zien. Daarom de term “materialist” omdat hij en zijn volgelingen alleen de materie kunnen waarnemen en ervaren. Wat de hoogmoed betreft hebben wetenschappers artefacten en monumenten ontdekt die bewijzen dat er volkeren waren die verder gevorderd waren dan wij met onze kennis van de materiele wereld. Stof om over na te denken!
GELIJKENIS #4 – macht en edelmoedigheid …
(83). En zij vragen u over Dhul-Qarnayn (de 2-hoornige). Zeg: “ik zal jullie iets van zijn verhaal vertellen.”
(84). Voorwaar! Wij hebben hem machtig gemaakt op aarde en wij hebben hem de wegen en de middelen gegeven om alle doeleinden te bereiken.
(85). Dus volgde hij een van de wegen.
Dhul-Qarnayn is het voorbeeld van correcte machtsgebruik tegenover machtsmisbruik, welke een van de kenmerken is van de laatste tijden. Dhul-Qarnayn heeft zijn macht gebruikt om de zwakken te beschermen tegen de sterken. Hazrat Omar Faroek (radi allahu anhu) heeft dat ook gedemonstreerd in zijn regeerperiode. En in zekere mate ook Omar bin Abdul Aziez (radi allahu anhu).
De deceptie van Daddjaal. Het is zichtbaar in geld, geldwaarde en in de handel. In de berichtgeving, in goederen productie, in voedingsmiddelen, in kennisoverdracht, in morele corruptie zichtbaar in seksualiteit (in al z’n variaties). Alsook in klederdracht, in levensstijl en taalgebruik, etc. De wereld is helemaal op z’n kop!
Geld en geldwaarde [riba]: dat is economische exploitatie. De schommeling in geldwaarde door factoren zoals goud onderbouw van de munteenheid, verplaatst door de petrodollar; productie van goederen op kunstmatige manier zowel in de landbouw alsook in de veeteelt en de pluimvee. Deze zijn vormen van riba, want er zit deceptie in. Prijzen stijgen en kwaliteit daalt, waardoor de gezondheid van de mensen er onder lijdt. Het kwaliteit van het leven gaat ten onder. Papier geld heeft de waarde niet meer zoals het goud waarmee het was onderbouwd. We leven in een wereld gedirigeerd door Dadjjaal.
Allah (subhanahu wa ta’ala) zegt:
(41) verderf is op het land en in de zeeën zichtbaar geworden door wat mensenhanden hebben verricht, zodat hij hun een deel zal laten proeven van wat zij hebben gedaan, opdat zij, hopelijk terug zullen keren (berouw tonen).
Wat betreft de bedevaart, bedenkt dat de qurbani (het slachten van een beest) een offer is als symbool van je eigen opoffering aan Allah (subhanahu wa ta’ala) van jezelf. Het is de hoogtepunt in het hele gebeuren van de bedevaart. Qurbani betekent de nabijheid zoeken van Allah (subhanahu wa ta’ala). Het komt helemaal op het einde. En het beste komt als laatste. Zoals Allah (subhanahu wa ta’ala) zegt:
“En het laatste (hiernamaals) is beter voor jou dan het voorafgaande (het heden).”
Moge Allah onze broeders en zusters in Gaza en overal ter wereld die in marteling en ellende verkeren hen compenseren met algehele vergiffenis en shahadah. Alsook voor iedere gelovige die geduldig heeft volgehouden in deze wereld omwille van Allah (subhanahu wa ta’ala).